Statuten Enschedese Wandelsport Bond

 

Naam en zetel

Artikel 1

De vereniging draagt de naam: Enschedese Wandelsport Bond (afgekort EWB)

Zij heeft haar zetel in de gemeente Enschede

 

Doel

Artikel 2

De Enschedese Wandelsport Bond stelt zich tot doel het organiseren van de wandelsport en het beoefenen hiervan te bevorderen en alles te doen van hiertoe kan leiden of bevorderlijk kan zijn, een en ander genomen in de ruimste zin van het woord.

Oprichtingsdatum en duur

Artikel 3

De vereniging is opgericht op één oktober negentienhonderd één en veertig en zij is aangegaan voor onbepaalde tijd.

Lidmaatschap

Artikel 4

1.  Leden van de vereniging kunnen zijn:

natuurlijke personen

leden van verdienste

2.  Het bestuur houdt een register, waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen.

 

Begunstigers

Artikel 5

1.  Begunstigers zijn zij, die zich bereid verklaard hebben de vereniging financieel te steunen met een door de algemene vergadering vast te stellen minimum bijdrage.

2.  Begunstigers hebben de zelfde rechten en verplichtingen als bij of krachtens de statuten aan leden zijn toegekend en opgelegd, met dien verstande dat zij:

geen stemrecht hebben

niet tot bestuurslid kunnen worden benoemd

noch de bevoegdheid hebben tot bijeenroepen van een algemene vergadering.

Bij een stemming in een algemene vergadering hebben zij een adviserende stem.

 

Aanmeldingen en toelating

Artikel 6

1  Zij die lid of begunstiger van de vereniging wensen te worden, melden zich aan bij de secretaris van de vereniging. Deze aanmelding dient te geschieden op een ondertekend formulier, waarin naam, voorna(a)m(en), adres, woonplaats, geboortedatum en –jaar vermeld zijn.

2   Het bestuur beslist omtrent de toelating van leden en begunstigers,

3   Bij niet-toelating tot lid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

    Een dergelijk besluit tot toelating behoeft tenminste twee/derde der geldig uitgebrachte stemmen.

 

Einde lidmaatschap

Artikel 7

1) Het lidmaatschap eindigt door:

a) Overlijden van het lid

b) Opzegging door het lid

c) Opzegging namens de vereniging. Deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten geregeld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.

d) Ontzetting. Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid strijd met de statuten, reglementen of besluiten der vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.

 

2   Opzegging namens de vereniging geschied door het bestuur

 

3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of namens de vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van het verenigingsjaar en met inachtname van een opzegtermijn van vierweken. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd, indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.

 

4. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.

 

5.  Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit, waarbij de verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard. Te zijnen opzichte uit te sluiten.

 

6. Ontzetting uit het lidmaatschap geschied door het bestuur.

 

7. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap namens de vereniging op grond dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen één maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

 

8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft desalniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het geheel door het lid verschuldigd, tenzij het bestuur anders besluit.

 

Einde van de rechten en verplichtingen van begunstigers.

Artikel 8

1. De rechten en verplichtingen van een begunstiger kunnen te allen tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd, behoudens dat de jaarlijkse bijdrage over het lopende verenigingsjaar voor het geheel blijft verschuldigd.

2. Opzegging namens de vereniging geschied door het bestuur.

 

Jaarlijkse bijdragen

Artikel 9

1. De leden en de begunstigers zijn gehouden tot betaling van een jaarlijkse bijdrage, welke door de algemene vergadering zal worden vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende bijdrage betalen.

 

2. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van een bijdrage te verlenen.

 

Rechten begunstigers.

Artikel 10

Behalve de overige rechten, welke aan begunstigers bij of krachtens deze staten worden toegekend, hebben zij het recht de door de vereniging georganiseerde evenementen bij te wonen.

 

Algemene vergadering

Artikel 11

1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, welke niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.

2. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, wordt een algemene vergadering – de jaarvergadering - gehouden.

In de jaarvergadering komen onder meer aan de orde:

            a) de notulen van de laatstgehouden algemene vergadering.

b) het jaarverslag en de rekening en verantwoording als bedoeld in artikel 20, met het verslag van de aldaar bedoelde kascommissie.

c) de voorziening in de vacature kascommissie

d) de verkiezing van de voorzitter van het bestuur

e) de verkiezing van de andere bestuursleden

f) de vaststelling van de begroting

g) de vaststelling van de contributie en de donaties

h) voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij een oproeping voor de vergadering.

i) de voorziening in eventuele vacatures.

 

3. Andere algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk acht.

 

4. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van tenminste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van één/tiende gedeelte der stemmen, verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken na datum van het verzoek. Indien aan het verzoek tot bijenroeping binnen veertien dagen, nadat dit door het bestuur werd ontvangen, geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het bestuur de algemene vergadering bijeenroept of bij advertentie in tenminste één ter plaatse waar de vereniging haar zetel heeft, veel gelezen dagblad.

 

Toegang en stemrecht

Artikel 12

1   Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden van de verenging en alle begunstigers.

2   Over toelating van andere dan in lid 1 bedoelde personen beslist het bestuur.

3   Ieder lid van de vereniging dat niet geschorst is, heeft één stem.

4   Ieder lid is bevoegd zijn stem te doen uitbrengen door een schriftelijk gemachtigd ander lid, dat echter in totaal niet meer dan twee andere leden mag vertegenwoordigen.

 

Voorzitterschap en notulen.

Artikel 13

1   De algemene vergadering wordt geleid door de voorzitter van de vereniging of zijn plaatsvervanger. Ontbreekt de voorzitter en zijn plaatsvervanger, dan treedt één der andere bestuursleden, door de bestuur aan te wijzen als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve.

2   Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt, welke door de voorzitter en de notulist worden vastgesteld en ondertekend. Zij die de vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt te kennis van de leden gebracht.

 

Besluitvorming van de algemene vergadering

Artikel 14

1   Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Het zelfde geld voor de inhoud van een genomen besluit voorzover gestemd werd over een niet schriftelijk vast gelegd voorstel.

2   Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het eerste lid bedoelde oordeel de juistheid daarvan betwist dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid de vergadering, of indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.

3   Voorzover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.

4   Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.

5   Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming of in geval van een bindend voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten plaats. Heeft alsdan weder niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats totdat, hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft verkregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken.Bij gemelde herstemming (waaronder niet is begrepen de tweede stemming) wordt telkens gestemd tussen de personen om wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt op wie van die personen bij een nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht. Ingeval bij stemming tussen twee personen de stemming staken beslist het lot wie van beiden in gekozen.

6   Indien de stemmen staken over een voorstel, nier rakend verkiezing van personen, dan is het voorstel verworpen.

7   Alle stemmingen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of één der stemgerechtigden zulks vóór de stemming verlangt. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijk stemming verlangt.

8   Een éénstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.

 

Bijeenroeping algemene vergadering.

Artikel 15

1   De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschied schriftelijk aan de adressen van de leden volgens het ledenregister, bedoeld in artikel 4 lid 2. de termijn van oproeping bedraagt tenminste zeven dagen.

2   Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in artikel 21

 

Bestuur

Artikel 16

1   Het bestuur bestaat uit vijf of zeven personen, die door de algemene vergadering worden benoemd. De benoeming geschiedt uit de leden.

2   De benoeming van bestuursleden geschiedt uit één of meer bindende voordrachten, behoudens het bepaalde in lid 3. tot het opmaken van zulks een voordracht zijn bevoegd zowel het bestuur als tenminste tien leden. De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering meegedeeld. Een voordracht door tien of meer leden moet uiterlijk één uur vóór de aanvang van de jaarvergadering schriftelijk bij het bestuur worden ingediend.

3   Aan elke voordracht kan het bindend karakter worden ontnomen door een met tenminste twee/derde van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van de algemene vergadering, genomen in de vergadering waarin tenminste twee/derde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd is.

4   Is geen voordracht opgemaakt of besluit de algemene vergadering overeenkomstig het voorgaande lid de opgemaakte voordrachten het bindend karakter te ontnemen, dan is de algemene vergadering vrij in de keus.

5   Indien er meer dan één bindend voordracht is, geschied de benoeming uit die voordrachten.

 

Einde bestuurslidmaatschap – periodiek lidmaatschap – schorsing

Artikel 17

1   Elk bestuurslid, ook wanneer hij voor een onbepaalde tijd is benoemd, kan te allen tijde door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing welke niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.

2   Elk bestuurslid treedt uiterlijk twee jaar na zijn benoeming, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftrede af. De aftredende is herkiesbaar. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.

3   Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:

a) door het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging

b) door bedanken.

 

Bestuursfunctie – besluitvorming van het bestuur

Artikel 18

1   Het bestuur wijst uit zijn midden een secretaris en een penningmeester aan. Het kan voor elk  hunner uit zijn midden een vervanger aanwijzen. Een bestuurslid kan slechts één functie bekleden.

2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen opgemakt, welk door de voorzitter en de secretaris worden vastgesteld en ondertekend. In afwijking van hetgeen de wet dienaangaande bepaalt, is het oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming en de inhoud van een besluit niet beslissend.

3   Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het bestuur worden gegeven.

 

Bestuurstaak – vertegenwoordiging

Artikel 19

1   Behoudens de beperking volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging

2   Indien het aantal bestuursleden beneden vijf is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen, waarin de voorziening in de open plaats of de open plaatsen aan de orde komen.

3   Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies, welke door het bestuur worden benoemd.

4   Het bestuur is, mits de goedkeuring van de algemene vergadering,  bevoegd besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijgen, vervreemden of bezwaring van registergoederen. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden een beroep worden gedaan.

5   Het bestuur behoeft eveneens de goedkeuring van de algemene vergadering voor besluiten tot:

I             onverminderd het bepaalde onder II, het aangaan van rechtshandeling en het verrichten van investeringen, voorzover liggende buiten de reeds  goedgekeurde begroting voor het lopende verenigingsjaar.

II            A         Het huren, verhuren en op andere wijze in gebruik of genot verkrijgen van een onroerende zaken.

              B         het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een bakkrediet wordt verleend.

C         Het ter leen verstrekken van gelden, alsmede het ter leen opnemen van gelden, waaronder niet is begrepen het gebruik maken van een aan de vereniging verleend krediet.        

D         Het aangaan van dadingen

E          Het optreden in rechte, waaronder begrepen het voeren van arbitrale procedures, doch met uitzondering van het nemen van conservatoire maatregelen en van het nemen van die rechtsmaatregelen welke gen uitstel kunnen lijden.       

F          Het sluiten en wijzigen van arbeidsovereenkomsten.

Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden geen beroep worden gedaan.

6   Naast door het bestuur wordt de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter tezamen met de secretaris en de penningmeester, danwel hun plaatsvervangers.

 

Jaarvergadering – rekening en verantwoording

Artikel 20

1   Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met één en dertig december

2   Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanig aantekeningen te houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.

3   Het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging van een balans en een stat van baten en lasten, rekening en verantwoording over zijn in het afgelopen boekjaar gevoerd beleid. Deze stukken worden ondertekend door alle bestuurders, ontbreekt de ondertekening van een of meer hunner dan wordt daarvan onder opgaaf van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid deze rekening en verantwoording in rechte van het bestuur vorderen.

4   De algemene vergadering kiest jaarlijks een kascommissie, bestaande uit drie leden die voor twee jaar worden gekozen en geen deel mogen uitmaken van het bestuur. Ieder jaar treedt één lid af.

     De kascommissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit.

5   Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de kascommissie zich door een deskundige doen bijstaan. Het bestuur is verplicht aan de kascommissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en inzage van de boeken en bescheiden der vereniging te geven.

6   De last van kascommissie kan te alle tijden door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door het benoemen van een andere commissie.

7   Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 2 en 3, tien jaar lang te bewaren.

 

Statutenwijziging

Artikel 21.

1   In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.

2   Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten tenminste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.

3   Een besluit tot statutenwijziging behoeft tenminste twee/derde van de uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin tenminste twee/derde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd is.

     Is niet twee/derde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd, dan wordt binnen één uur daarna een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden, waarin over het voorstel zoals in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van tenminste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen.

4   Een statutenwijziging treedt niet eerder in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt.

     Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid bevoegd.

5   Het bestuur is verplicht aan authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van de Kamen van Koophandel en Fabrieken, binnen welker gebied de vereniging haar zetel heeft.

 

Ontbinding

Artikel 22

1   De vereniging kan worden ontboenden door een besluit van de algemene vergadering

     het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing.

2   Indien bij een besluit tot ontbinding te dien aanzien geen vereffenaars zijn aangewezen, geschiedt de vereffening door het bestuur.

3   Het batig saldo na vereffening vervalt aan degenen die ten tijde van het besluit tot ontbinding lid waren.

     Ieder hunner ontvangt een gelijk deel. Bij het besluit tot ontbinding kan echter ook een andere bestemming aan het batig saldo worden gegeven.

4   Na ontbinding blijft de vereniging voortbestaan, voorzover dit tot de vereffening van haar vermogen nodig is.

     Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten en reglementen voor zover mogelijk van kracht.

     In de stukken en aankondigingen, welke van de vereniging uitgaan, moeten aan haar naam worden toegevoegd de woorden  `in liquidatie`.

 

Huishoudelijk reglement

Artikel 23

1   De algemene vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen.

2   het huishoudelijk reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.

 

 

 Terug naar homepagina